Werknemers werken graag bij een sociaal bedrijf. Dat biedt nieuwe kansen voor hulporganisaties.
door Carlijne Vos, de Volkskrant
Na afloop van de wereldkampioenschappen voetbal laat de KNVB in Zuid-Afrika een visitekaartje achter; het hulpprogramma de WorldCoaches. De komende vier jaar worden vierhonderd voetbalcoaches opgeleid die gezamenlijk 25.000 kansarme kinderen gaan trainen in voetbal én levenslessen. Het programma dat bedoeld is om kinderen in de Zuid-Afrikaanse townships een kans op een beter leven te geven, is een initiatief van SOS Kinderdorpen en de KNVB. Het is één van de meest recente voorbeelden van de toenemende actieve samenwerking tussen het bedrijfsleven en ontwikkelingsorganisaties onder het motto ‘schoenmaker, blijf vooral bij je leest’ . Ofwel; doneer niet alleen geld maar lever juist de expertise en middelen waar je als bedrijf goed in bent.
Deze week sloot SOS Kinderdorpen een conferentie af met het bedrijfsleven met als doel een brug te slaan tussen de behoefte van het bedrijfsleven zich maatschappelijk te profileren en de behoefte van ontwikkelingsorganisaties aan nieuwe investeringspartners te komen vanwege een terugtredende overheid. De belangrijkste uitkomst is dat samenwerking vooral succesvol is als de samenwerkingsstrategie aansluit bij de bedrijfsstrategie. Daarnaast helpt het als beide ‘merken’ elkaar versterken en als werknemers worden betrokken bij de samenwerking. Dat leidt tot bedrijfstrots, motivatie, imagobuilding en maatschappelijk draagvlak.
‘Sociaal ondernemerschap is echt een nieuwe ontwikkeling in ontwikkelingssamenwerking’, constateert directeur Marcel Beerthuizen van SOS Kinderdorpen. ‘Wij juichen dat natuurlijk van harte toe. Belangrijk is om nu te kijken hoe we effectief kunnen samenwerken om onze gezamenlijke doelstellingen te behalen. Fondsen werven en draagvlak vergroten is één manier, maar bedrijven kunnen ook hun eigen expertise inzetten; mensen, middelen of toegang tot andere partijen.’
De druk op het bedrijfsleven om hun sociale verantwoordelijkheid te nemen, neemt de laatste jaren sterk toe. Burgers kopen liever geen producten van bedrijven die lak hebben aan milieu, armoede of mensenrechten, maar nog belangrijker: werknemers werken niet graag werken bij een bedrijf met een bedenkelijke reputatie.
Volgens Wim Mul, hr-directeur bij Schiphol, is de oriëntatie van werknemers het laatste decennium wezenlijk veranderd: ‘Werknemers kijken niet langer alleen naar hun eigen loopbaanpad, maar zoeken een baan met een purpose. Ze selecteren hun werkgever op een uitstraling die aansluit bij hun eigen maatschappelijke ambities.’
Onderzoek van SE Consultancy onderschreef deze week het belang van zogenoemde Corporate Social Responsability (CSR). 85 Procent van de Nederlanders vindt het belangrijk dat bedrijven zich inspannen voor mens, milieu en maatschappij. Een kwart van de Nederlanders laat zich daardoor sturen bij de aankoop van producten, en liefst 40 procent laat dit meewegen bij de keuze voor een werkgever.
Bedrijven zijn zich steeds meer doordrongen van het belang van CSR, merkt ook onderzoeker Bas van Haastrecht. ‘Maar ze zijn nog veel te terughoudend in het uitdragen van wat ze goed doen. Ze zijn bang om zichzelf op de borst te kloppen of voor reputatieschade. Dat is jammer, want werknemers willen graag trots op een feestje kunnen vertellen waar ze werken en waarom. Bedrijven moeten leren om veel bedrijfsmatiger met die maatschappelijke behoefte om te gaan. In ruil daarvoor krijgen ze goodwill en gemotiveerde werknemers terug.’
Schiphol die heeft gekozen voor samenwerking met SOS Kinderdorpen, merkt dat dagelijks. ‘Werknemers zijn zelf heel actief als ambassadeur en vorig jaar heeft 15 procent van het personeel de kerstgratificatie geschonken aan SOS Kinderdorpen. Het leeft dus echt.’
Nu praat Schiphol met SOS Kinderdorpen over een volgende stap: het actief inzetten van personeel en expertise. Dat stimuleert enorm, weet Beerthuizen van SOS Kinderdorpen. Zo hebben werknemers van bouwbedrijf Heijmans onderwijzers in Nairobi bijscholing in houtbewerking en elektrotechniek gegeven. Op Haïti hebben werknemers van PWN Waterbedrijf Noord-Holland geholpen met waterzuiveringsinstallaties.
Behalve gemotiveerde werknemers levert dit het bedrijf veel goodwill op. En daar gaat het in de eerste plaats om. De activiteiten van Schiphol en SOS Kinderdorpen verschillen teveel om te zoeken naar brandingsvoordelen, denkt Mul. Omgekeerd profiteert SOS Kinderdorpen wel degelijk. Dagelijks bezoeken 130.000 tot 180.000 passagiers de luchthaven waar overal reclame wordt gemaakt voor SOS Kinderdorpen. Mul: ‘Dat wij op deze manier bijdragen aan het vergroten van het draagvlak lijkt mij veruit het belangrijkste.’
Artikel verschenen in de Volkskrant, 4 juni 2010.